woensdag 24 juli 2019

Darwin, Litchfield en Kakadu

Het is toch wel heel lekker om te lezen dat het in Nederland intussen nog heter is dan hier in Darwin. We vinden de 35 graden hier nog net te doen in de schaduw en gelukkig valt het met de vochtigheid ook enorm mee. Die winters hier zijn helemaal zo gek nog niet.
Darwin is echt een lazy city, met een overzichtelijk centrum met grote (lelijke) woontorens en hotels en verder maar enkele straten waar zich de horeca en winkels bevinden. We hebben er een paar avonden heerlijk gegeten en gekozen voor Indiaas, Marokkaans en Koreaans dus er is voor elke smaak wel wat te vinden.
Op onze eerste echte dag (want de opstart dag na de nachtvlucht zijn we maar snel vergeten) hebben we de huurauto (Nissan qashqai) opgehaald. Vervolgens hebben we de stad achter ons gelaten en zijn we naar Litchfield National Park gereden. Daar was ook een stukje off-road bij, wat veel oranje stof deed opwaaien, want droog is het hier wel. Allereerst gingen we naar de Wangi Falls, een idyllisch plekje midden in het bos met een mooie waterval en een veilige plas eronder om in te zwemmen. Mathijs is er nog even ingedoken. Je kon er ook nog een stukje door het bos lopen en daarbij vielen vooral de grote hoeveelheden vleermuizen (flying fox) op die luid krijsend in de boomtoppen hingen.

Een ander opvallend natuurverschijnsel waren de vele termieten heuvels in het landschap. Sommige waren wel 5 meter hoog, zoals die hiernaast. Ook stonden er op bepaalde plekken een heleboel kleine bij elkaar, maar de grote waren natuurlijk leuker voor de foto. Overal in het landschap was verder te zien hoe er ook veel wordt weggebrand. Dat doen ze om de natuur te laten vernieuwen, want het blijkt dat zo'n 85 procent van alle Australische gewassen het daarvan moet hebben en pas gaat groeien als de grond is schoon gebrand. Er waren dus erg veel zwartgeblakerde stukken langs de weg te zien. De termieten kunnen hier tegen, want die kruipen gewoon terug in hun heuvel als het ze te heet wordt.

Na het dagje Litchfield was het tijd voor een ander hoogtepunt in de regio, Kakadu National Park. Omdat dit al gauw 700 km rijden zou zijn, hebben we toch maar besloten om met een busreis mee te gaan, want anders zou het wel erg vermoeiend worden. Slecht plan. We moesten om 6 uur op de bus stappen en na rondjes rijden in de stad om andere mensen op te pikken verzamelden we op een centraal punt waar iedereen weer in een andere bus moest stappen. Daar hadden we ook in 10 minuten heen kunnen lopen vanuit ons hotel en dan hadden we nog even kunnen blijven liggen.

Na een veel te lange busrit (want boven de 100 kwam hij niet en de chauffeur/gids was ook niet erg inspirerend) kwamen we eerst op een plek waar we enkele rotsschilderingen konden bekijken. Wel even in 20 minuten erlangs rennen graag. Daarna was het alweer tijd voor de lunch, een buffet wat niet om over naar huis te schrijven was dus dat ga ik dan ook maar niet doen.

Gelukkig was er na de lunch tijd voor een boottocht in het prachtige waterrijke gebied (de Yellow River) van Kakadu en daar vermaakte de lokale gids ons met verhalen over zijn eigen jeugd in het gebied en deed hij vrij uitgebreid en beeldend na hoe je als mens door een krokodil verorberd wordt. En die zagen we ook volop, want er zaten e zoveel dat je iedere 15 meter wel eentje kon verwachten. Hier dus maar geen duik in het water  voor Mathijs.

Het gebied was echt prachtig, met vele soorten vogels, bijzondere planten en mooie vergezichten over de wetlands. Bijna op elke oever was wel iets bijzonders te zien en in de lucht vlogen veel roofvogels en andere kleurrijke exotische exemplaren. Ook apart waren de fluitende eenden, de whistling ducks, die dus niet in het water zwemmen, maar op de kant blijven zitten te fluiten.

Helaas moest er na de boottocht nog een kort bezoek worden gebracht aan een cultureel centrum (als het langer was geweest hadden we er wellicht nog wel iets van opgestoken). En toen moesten we alweer terug, nog een keer 3 uur in de bus zitten. Gelukkig maakte de maaltijd bij een Koreaans restaurant die avond weer veel goed van deze lange dag.


Op onze laatste dag in Darwin zijn we opnieuw richting Litchfield gereden en hebben we de ochtend gebruikt voor het Territory Wildlife Park in Berry Springs. Veel dieren die we nog niet hadden gezien, goeie uitleg bij met name een show waar allerlei soorten vogels zoals een curlew, diverse roofvogels, een Australische ooievaar en de zeer luidruchtige lorrekeets werden getoond die ook nog eens bijzonder goed getraind bleken te zijn. Daarna was het weer tijd voor een plons in het water (althans voor Mathijs, want ik verbrand levend bij dat soort dingen) bij het Berry Springs Nature Park. Deze natuurlijke waterpoelen zijn krokodil-vrij, dus we waren niet de enigen, maar het was eigenlijk nergens erg druk. Ook liepen er opvallend veel grote ibissen (zie foto) rond die hoopten op een hapje.

Een avond in Darwin is pas compleet als je de zonsondergang hebt gezien boven Mindil Beach, dus dat was een perfecte afsluiting van een paar daagjes Darwin. Vanochtend zijn we naar het vliegveld gereden, hebben we het vliegtuig naar Cairns gepakt en haalden we onze huurauto voor de komende 2 weken op, een heuze Holden Equinox, wie kent hem niet. Het blijkt een Australisch merk te zijn en hij ziet er verder keurig uit.

As we speak zit ik dit te tikken op ons balkonnetje van een klein huisje midden in het regenwoud iets ten Noorden van Port Douglas, wat we via AirBNB hebben geregeld. Af en toe ritselt er iets in het donker en horen we vreemde dierengeluiden, maar dat is een deel van de charme zullen we maar zeggen. De komende dagen verkennen we dit gebied ten Noorden van Cairns.


De kust tussen Cairns en Port Douglas






2 opmerkingen:

  1. Ook even een kijkje nemen in Smithfield?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. We waren vandaag wel in het Smithfield winkelcentrum, dus het komt in de buurt. Alleen maar leuke winkels natuurlijk. :-)

    BeantwoordenVerwijderen