vrijdag 9 augustus 2019

Mackay, Rosedale en Brisbane

In Mackay hebben we net als in Townsville 1 dag de omgeving verkend. Daarvoor reden we ten Westen van de stad naar het Eungella (spreek uit young-gulluh) National Park, met daarin alweer een korte wandeling naar een waterval in de Finch Hatton Gorge. Het wordt bijna eentonig, maar toch is het elke wandeling weer bijzonder hoeveel mooie natuur je ziet. Bij elk vogelgeluid proberen we weer te achterhalen waar het vandaan komt en de site Birdlife vond ik wel handig om af en toe door de vele vogelsoorten te klikken om vogels te leren kennen.

Na het dagje Mackay reden we weer verder door naar het Zuiden, langs opnieuw kilometerslange velden met suikerriet en verder ook veel bos. Af en toe lag er een dode kangoeroe naast de weg en vlak voor onze eindbestemming in Rosedale zag ik de eerste van onze reis nog net de bosjes in springen. Ook weer afgevinkt op het lijstje.

Het adres dat ik via Airbnb had gevonden was een afgelegen boerderij op een groot stuk grond en verder helemaal niemand. Echt een heerlijke plek! We hadden het hele huis voor onszelf en de dochter van de verhuurder woonde in een soort tiny house naast het pand, maar ze ging al heel vroeg naar haar werk en kwam laat terug, waardoor we echt even helemaal tot rust konden komen. Je kon er alle kanten op kijken en we zagen nog enkele kangoeroes in de buurt. Bij een stukje struinen door de omgeving van het huis werden we wel gewaarschuwd voor slangen. Slik. Niks gezien gelukkig.

We hadden de dag in Rosedale echt als rustdag bedacht en hebben weinig gedaan, behalve even naar de kust rijden voor de lunch in Agnes Water, een klein toeristisch plaatsje. Daarna hebben we nog een poos naar het water zitten staren en pelikanen gespot in Town of 1770, een paar kilometer verderop. Een heerlijke rustige dag dus. 's Avonds was het helder en koelde het behoorlijk af. Doordat je echt heel afgelegen zat, kon je ook prachtig naar de sterrenhemel kijken. Het was echt een prachtig plekje.

En toen was het tijd voor onze laatste bestemming, Brisbane. Onderweg erheen stopten we nog bij de Flying High Bird Sanctuary, waar in een enorme vliegkooi (men zei de grootste van Australiƫ) wel 2000 vogels waren ondergebracht. Je kon een zakje met vogelvoer kopen en dat hebben we maar gedaan, want het heeft wel wat als er parkieten en regenboog lorikeets gewoon op je hand of schouder komen zitten. Het was wel een enorm kabaal in de kooi, met name omdat er veel papegaai-achtigen waren.

En toen waren we in Brisbane. Het contrast met Rosedale kon niet groter zijn. We reden de drukke stad in en gelukkig hielp de gps om ons naar onze wolkenkrabber in het centrum te leiden. Best wel even zweten om het drukke stadsverkeer te trotseren. In Brisbane hadden we nog 2 volle dagen en een halve dag op de vertrekdatum, dus we besloten om elk 1 excursie te kiezen.

Op de eerste avond zaten we te eten met uitzicht op de Brisbane river en de Story Bridge, die 's avonds helemaal verlicht bleek te zijn. Het was intussen behoorlijk afgekoeld en de temperatuur kwam in Brisbane vooral 's nachts niet boven de 15 graden. Brrrr!

De eerste dag gingen we met een bootje over de rivier naar Lone Pine Koala Sanctuary, een dierenpark waar ze, je raadt het al, vooral veel koala's hebben. Maar  er waren ook andere inheemse diersoorten zoals de platypus (vogelbekdier), krokodillen, dingo's en natuurlijk kangoeroes te zien.


Je kon er ook met een koala op de foto (iets wat ik daadwerkelijk heb gedaan toen ik hier ook was in 1992), maar daarvoor moest je allereerst een hele tijd in een rij staan en vervolgens ook nog eens 25 dollar per foto betalen. We vonden het veel leuker om naar de vele koala's te kijken en hebben ook nog wat voorlichtingspraatjes gevolgd over koala's, slangen en een vliegshow met roofvogels. Ik vond het een lekker relaxed dagje uit, omdat je voor en na het bezoek aan het park lekker over de rivier ging varen. En daarbij hadden we ook nog een mooi uitzicht op de skyline van Brisbane.


De volgende dag gingen we opnieuw op een boot, maar nu de open zee op om walvissen te spotten. Het weer zat gelukkig mee en de golven waren niet al te hoog. Verder was het bewolkt, maar in Brisbane zelf regende het, dus wij hadden mazzel. En dat gold ook voor het walvissen spotten, want die zwommen al vrij snel naast, achter, voor en onder de boot, dus we konden ze van dichtbij bekijken. Er werd ook nog een lunch aan boord geserveerd en dan is het wel heel bijzonder dat je tijdens het eten gewoon naar walvissen kan gaan zitten kijken. Het wensenlijstje met bijzondere dieren voor deze vakantie was wel behoorlijk compleet geworden intussen. Vastleggen van zoiets is weer een ander verhaal, want een goede foto hebben wij niet kunnen maken. Je moet erbij geweest zijn zeg maar.

En toen was het ineens weer tijd om naar huis te gaan. We hadden nog een paar uur voordat we de auto weer moesten inleveren en besloten de stad uit te rijden naar het Noorden. In de buurt van het vliegveld hebben we een paar uur aan zee doorgebracht in Nudgee Beach. Omringd door ibissen en noisy miners (google maar), die bedelden om eten en met de wind vol in het gezicht terwijl de zee langzaam opkwam hebben we de laatste uurtjes prima doorgebracht.

De terugreis was vooral erg lang. De vlucht van Brisbane naar Dubai van 13,5 uur was ook nog een keer erg hobbelig door vrijwel continue turbulentie, dus van eventueel een dutje doen was geen sprake. Verder was er weinig spannends aan en nu zitten we ineens weer thuis op de bank. Gelukkig hebben we dit blog en de foto's nog!


donderdag 1 augustus 2019

Cairns en Townsville

Na een avondje mislukte BBQ (wij zijn er gewoon niet zo van en het ding was voor ons gewoon net even te groot en te ingewikkeld) hebben we de ochtend van onze laatste dag in Cairns de auto gepakt en zijn richting de Atherton Tablelands gereden. Er was ook nog de keuze om ons in het echte toeristische feestgedruis rond Kuranda te storten, maar de rust van het regenwoud en de mogelijkheid om bijzondere natuur te zien won het uiteindelijk vrij gemakkelijk.
Onze eerste bestemming was een kratermeer, Lake Balline, waar we een stukje van het pad om het meer liepen. We zagen er  gigantische kauri bomen (die we nog kenden uit Nieuw Zeeland) en hoorden een heleboel vreemde vogelgeluiden. En het lopen in zo'n exotisch bos is gewoon een unieke ervaring, dus de dag begon gewoon prima.

Na het meer reden we naar het "historische" plaatsje Yungaburra, waar we van iemand van de toeristeninformatie enkele gouden tips kregen. Het dorpje zelf was bijna gezellig te noemen en had wat kleurrijke oude winkeltjes. Na de lunch gingen we iets buiten het dorp eerst naar Peterson Creek, want daar zouden we misschien wel ons eerste vogelbekdier (platypus) te zien krijgen.
We liepen er heel rustig langs het beekje, zagen eerst nog 2 possums in een boom en een paar brush turkeys en toen hadden we inderdaad beet. 2x zagen we een heus vogelbekdier in het water zwemmen, wat ik echt niet had verwacht omdat die toch wel heel zeldzaam zijn. Prima tip dus van de man van de toeristeninformatie.
Even verderop was nog een bijzondere boom te zien, de Curtain fig tree, oftewel een grote vijgenboom die een enorm "gordijn" van luchtwortels had gevormd. Een prachtig gezicht en hij was veel groter dan ik had gedacht. Hieronder een foto vanaf de zijkant.

We sloten de dag af met een welverdiende duik in het bubbelbad bij het huis en de volgende dag reden we door naar Townsville. Onderweg viel vooral op dat er erg veel suikerriet wordt verbouwd in deze regio. Overal kilometerslang velden met hoog riet en erlangs lopen smalspoorrails voor kleine treintjes (de cane trains) die karretjes vol geoogst riet vervoeren naar de suikerfabrieken die we af en toe zagen. Ik denk dat we wel honderd spoorwegovergangen zijn overgekomen.
We maakten een tussenstop in Etty Bay, opnieuw een gouden tip van de man van de toeristeninformatie in Yungaburra, want hier zagen we onze eerste cassowary, een grote loopvogel met een merkwaardige en kleurrijke kop.
Er liep eentje rond bij het strand en toe we weer wegreden was er nog een jong exemplaar en een oudere op de weg. Opnieuw iets wat ik niet had verwacht, want ook deze vogels zijn zeldzaam en komen alleen in dit deel van Australiƫ en enkele andere landen nog voor.

Een 2e stop op weg naar Townsville was bij een mooie waterval (Joumara Falls), waar we na een aardige klim een mooi uitzicht op hadden.





Toen we Townsville binnen reden werden we opnieuw getroffen door het feit dat alle plaatsen er hier toch wel hetzelfde uitzien, met dezelfde fastfood ketens (MacDonalds, Hungry Jacks, KFC, Red Rooster), zelfde supermarkten (Woolworths en Coles), zelfde auto-dealers (te veel om op te noemen) en zelfde soort winkelstraten. Het lijkt ook veel op zoals dat in de VS is, weinig sfeer, geen echt gezellig centrum en al helemaal geen mooie oude gebouwen, hoewel alles wat hier ouder is dan 100 jaar al historic wordt genoemd. Nog iets wat ze met de Amerikanen  gemeen hebben.

In Townsville zaten we in een zogenaamde Queenslander, een groot houten huis met 2 verdiepingen en rondom een veranda. Wij hadden de hele benedenverdieping en het gezin dat het verhuurde woonde boven. In februari was er nog een grote overstroming in Townsville en dat was nog duidelijk te zien aan hun tuin (die er niet meer was) en de nieuwe keuken en andere meubels die ze hadden moeten vervangen. Voor ons dus fijn dat alles nog vrij nieuw was. Wel jammer was dat het huis aan een drukke weg stond. Naast het huis was wel een groot park, met ook weer bijzondere vogels, zoals de bush stone-curlew (griel, wie kent hem niet, google hem maar). Deze bleek vooral 's nachts actief en bleef dan als een soort sirene een hele tijd fluiten. En dan met meerdere tegelijk. En 's ochtends werden we dan wakker gelachen door de kookaburra's. Heel leuk, die Australische natuur...
We waren maar 1 dag in Townsville en hebben een dagje op Magnetic Island doorgebracht. Een klein, overzichtelijk eiland, met enkele fraaie baaien en ook nog een mooie wandelroute naar een uitzichtpunt met de kans om koala's te zien. En jawel hoor, ook hier was het weer raak. Vlak langs het pad zat een moeder met kleintje in een boom te slapen. Ook weer afgevinkt op ons lijstje dus. Na het eiland hebben we nog een uurtje rondgekeken in het Reef HQ Aquarium in Townsville, waar een prachtige grote tank was met koraal en heel veel soorten kleurrijke vissen. We konden ze zo veel beter zien dan in het bootje bij Green Island.
Vandaag reden we van Townsville naar Mackay en daar was eigenlijk helemaal niks bijzonders aan. Kilometerslang velden met suikerriet, af en toe een paar mangoplantages en heel veel werk aan de weg. Kortom, blij dat we even kunnen uitrusten in ons hotel. Morgen staat een mooi natuurgebied ten Westen van de stad op het programma, dus er valt vast weer genoeg te ontdekken.