zondag 28 juli 2019

Daintree, Port Douglas, en Cairns

Slapen in de jungle zonder ramen die dicht kunnen is prima, het enige probleem is dat je verplicht vroeg wakker wordt. Wanneer het licht wordt (een uur of 6) worden alle vogels namelijk wakker en dat doen ze met een hoop kabaal. Er zijn slechtere manieren om wakker te worden.


Onze eerste dag bij Port Douglas hebben we eerst Mossman Gorge bezocht, waar we een prachtige wandeling konden maken door het oerwoud. Het was niet al te warm en bovendien bewolkt, dus dat was prima te doen. Vervolgens hebben we heerlijk geluncht in Mossman (fish and chips voor mij, spring rolls voor Annet), wat verder niet echt een spannend dorp is. Maar goed, er is een supermarkt, een geldautomaat, een paar tankstations, en een handvol restaurants, en veel meer heb je eigenlijk niet nodig. Inmiddels was het weer beter geworden, dus 's-middags toch maar even het strand opgezocht. Dat is namelijk wat je doet in Port Douglas. Althans, dat vermoed ik, gezien het feit dat Port Douglas eigenlijk een paar kilometer lange weg is met aan beide kanten gigantische luxe resorts aan het strand. Het zeewater was niet te koud, en er was een flinke branding, dus dat was best aangenaam. 's-Avonds maar eens een keertje zelf gekookt, want iedere dag naar een restaurant wordt ook vervelend.

Voor de volgende ochtend hadden we een cruise van een uurtje geboekt op de Daintree River. Het tijdstip hadden we - op advies van onze Airbnb host - zorgvuldig gekozen zodat het laag water was. Het was een leuk tochtje, alleen jammer dat er vooral gezocht werd naar krokodillen, terwijl we voorbij scheurden aan de meest prachtige vogels. Op de weg terug kwam de boot nog bijna vast te zitten, dus het werd zowaar nog een beetje spannend.

Het plan was om 's-middags naar Cape Tribulation te gaan, een gebied een stuk ten noorden van Port Douglas waar pas een jaar of 10 een verharde weg naartoe is, en het schijnt er prachtig te zijn. Echter, om er te komen moet je de Daintree River oversteken met een pont. Er er waren heel veel mensen die dat wilden. Na een half uur wachten hadden we het idee dat het nog zeker een uur zou duren voordat we op de pont konden, dus we hebben het maar opgegeven. Het werd er te laat voor, zeker wanneer we op de weg terug weer zo lang moesten gaan wachten. Als alternatief dan maar naar de Wildlife Habitat in Port Douglas. Dat is een fancy naam voor dierentuin, maar je kunt er wel kangaroos voeren, en ze hebben er cassowaries en koalas. Hoe Australisch wil je het hebben? Om de dag af te sluiten nog wat mooie plaatjes geschoten van Four Mile Beach.

Gisteren was het tijd om terug te gaan naar Cairns voor onze volgende stop. We hebben de toeristische route genomen in het binnenland in plaats van de snelle route via de kust. Een prachtige slingerende weg door de bergen. In plaats van oerwoud weer meer verspreide bomen en termietenheuvels. En halverwege zagen we bordjes staan naar Granite Gorge. We hadden geen idee wat het was, dus we zijn gaan kijken. Blijkt een natuurpark te zijn met prachtige rotsformaties en waterpartijen en een groep wallabies als vaste bewoners. Je kunt er een kort rondje lopen. Ze hadden er alleen niet bij gezegd dat het eigenlijk meer een rondje klauteren over de rotsen was. Maar het was de moeite waard, en een fijne plek om een meegenomen lunch te nuttigen.

Onze overnachtingsplaats in Cairns is een groot huis in een buitenwijk aan de rand van het oerwoud met alle toeters en bellen. Een buitenbar, grote BBQ, jacuzzi, drie slaapkamers, grote keuken/woonkamer en een mega TV. Hier houden we het wel een paar dagen uit. Vandaag zijn we vanuit Cairns - het toeristische middelpunt van Queensland - naar het Great Barrier Reef gegaan. Nou ja, een heel klein stukje ervan. We zijn met een snelle catamaran naar Green Island gevaren, alhoewel het op de heenweg meer stuiteren dan varen was voor het grootste deel van de drie kwartier. Bij het eiland kon je in een glass bottom boot en een semi submersible het rif en de bijbehorende veelvoud aan vissoorten bewonderen, wat we dan ook beide gedaan hebben. Het geeft een mooie indruk van het rif, alhoewel het de enorme omvang van het Great Barrier Reef niet echt duidelijk maakt. Maar goed, de helicoptervluchten waren wel erg duur. Na terugkomst in Cairns als diner een aantal van de vissoorten geproefd. Heerlijk.

Morgen nog een dagje in de omgeving van Cairns, dan gaan we naar de Atherton Tablelands.

woensdag 24 juli 2019

Darwin, Litchfield en Kakadu

Het is toch wel heel lekker om te lezen dat het in Nederland intussen nog heter is dan hier in Darwin. We vinden de 35 graden hier nog net te doen in de schaduw en gelukkig valt het met de vochtigheid ook enorm mee. Die winters hier zijn helemaal zo gek nog niet.
Darwin is echt een lazy city, met een overzichtelijk centrum met grote (lelijke) woontorens en hotels en verder maar enkele straten waar zich de horeca en winkels bevinden. We hebben er een paar avonden heerlijk gegeten en gekozen voor Indiaas, Marokkaans en Koreaans dus er is voor elke smaak wel wat te vinden.
Op onze eerste echte dag (want de opstart dag na de nachtvlucht zijn we maar snel vergeten) hebben we de huurauto (Nissan qashqai) opgehaald. Vervolgens hebben we de stad achter ons gelaten en zijn we naar Litchfield National Park gereden. Daar was ook een stukje off-road bij, wat veel oranje stof deed opwaaien, want droog is het hier wel. Allereerst gingen we naar de Wangi Falls, een idyllisch plekje midden in het bos met een mooie waterval en een veilige plas eronder om in te zwemmen. Mathijs is er nog even ingedoken. Je kon er ook nog een stukje door het bos lopen en daarbij vielen vooral de grote hoeveelheden vleermuizen (flying fox) op die luid krijsend in de boomtoppen hingen.

Een ander opvallend natuurverschijnsel waren de vele termieten heuvels in het landschap. Sommige waren wel 5 meter hoog, zoals die hiernaast. Ook stonden er op bepaalde plekken een heleboel kleine bij elkaar, maar de grote waren natuurlijk leuker voor de foto. Overal in het landschap was verder te zien hoe er ook veel wordt weggebrand. Dat doen ze om de natuur te laten vernieuwen, want het blijkt dat zo'n 85 procent van alle Australische gewassen het daarvan moet hebben en pas gaat groeien als de grond is schoon gebrand. Er waren dus erg veel zwartgeblakerde stukken langs de weg te zien. De termieten kunnen hier tegen, want die kruipen gewoon terug in hun heuvel als het ze te heet wordt.

Na het dagje Litchfield was het tijd voor een ander hoogtepunt in de regio, Kakadu National Park. Omdat dit al gauw 700 km rijden zou zijn, hebben we toch maar besloten om met een busreis mee te gaan, want anders zou het wel erg vermoeiend worden. Slecht plan. We moesten om 6 uur op de bus stappen en na rondjes rijden in de stad om andere mensen op te pikken verzamelden we op een centraal punt waar iedereen weer in een andere bus moest stappen. Daar hadden we ook in 10 minuten heen kunnen lopen vanuit ons hotel en dan hadden we nog even kunnen blijven liggen.

Na een veel te lange busrit (want boven de 100 kwam hij niet en de chauffeur/gids was ook niet erg inspirerend) kwamen we eerst op een plek waar we enkele rotsschilderingen konden bekijken. Wel even in 20 minuten erlangs rennen graag. Daarna was het alweer tijd voor de lunch, een buffet wat niet om over naar huis te schrijven was dus dat ga ik dan ook maar niet doen.

Gelukkig was er na de lunch tijd voor een boottocht in het prachtige waterrijke gebied (de Yellow River) van Kakadu en daar vermaakte de lokale gids ons met verhalen over zijn eigen jeugd in het gebied en deed hij vrij uitgebreid en beeldend na hoe je als mens door een krokodil verorberd wordt. En die zagen we ook volop, want er zaten e zoveel dat je iedere 15 meter wel eentje kon verwachten. Hier dus maar geen duik in het water  voor Mathijs.

Het gebied was echt prachtig, met vele soorten vogels, bijzondere planten en mooie vergezichten over de wetlands. Bijna op elke oever was wel iets bijzonders te zien en in de lucht vlogen veel roofvogels en andere kleurrijke exotische exemplaren. Ook apart waren de fluitende eenden, de whistling ducks, die dus niet in het water zwemmen, maar op de kant blijven zitten te fluiten.

Helaas moest er na de boottocht nog een kort bezoek worden gebracht aan een cultureel centrum (als het langer was geweest hadden we er wellicht nog wel iets van opgestoken). En toen moesten we alweer terug, nog een keer 3 uur in de bus zitten. Gelukkig maakte de maaltijd bij een Koreaans restaurant die avond weer veel goed van deze lange dag.


Op onze laatste dag in Darwin zijn we opnieuw richting Litchfield gereden en hebben we de ochtend gebruikt voor het Territory Wildlife Park in Berry Springs. Veel dieren die we nog niet hadden gezien, goeie uitleg bij met name een show waar allerlei soorten vogels zoals een curlew, diverse roofvogels, een Australische ooievaar en de zeer luidruchtige lorrekeets werden getoond die ook nog eens bijzonder goed getraind bleken te zijn. Daarna was het weer tijd voor een plons in het water (althans voor Mathijs, want ik verbrand levend bij dat soort dingen) bij het Berry Springs Nature Park. Deze natuurlijke waterpoelen zijn krokodil-vrij, dus we waren niet de enigen, maar het was eigenlijk nergens erg druk. Ook liepen er opvallend veel grote ibissen (zie foto) rond die hoopten op een hapje.

Een avond in Darwin is pas compleet als je de zonsondergang hebt gezien boven Mindil Beach, dus dat was een perfecte afsluiting van een paar daagjes Darwin. Vanochtend zijn we naar het vliegveld gereden, hebben we het vliegtuig naar Cairns gepakt en haalden we onze huurauto voor de komende 2 weken op, een heuze Holden Equinox, wie kent hem niet. Het blijkt een Australisch merk te zijn en hij ziet er verder keurig uit.

As we speak zit ik dit te tikken op ons balkonnetje van een klein huisje midden in het regenwoud iets ten Noorden van Port Douglas, wat we via AirBNB hebben geregeld. Af en toe ritselt er iets in het donker en horen we vreemde dierengeluiden, maar dat is een deel van de charme zullen we maar zeggen. De komende dagen verkennen we dit gebied ten Noorden van Cairns.


De kust tussen Cairns en Port Douglas






zaterdag 20 juli 2019

Bali en naar Darwin

Donderdagochtend hebben we een beetje rond gewandeld in Sanur, waar ons hotel ook is. We wilden nog een bepaalde tempel bekijken, maar die konden we om een of andere reden niet vinden. Je struikelt in Bali werkelijk over de tempels, en wij zoeken net de enige die onvindbaar is. Friet van Piet hebben we wel gevonden, en daar waren we niet eens naar op zoek.

Voor 's-middags hadden we een auto met chauffeur geregeld (kost iets van 6 euro per uur) om ons naar Uluwatu te brengen. Daar is namelijk één van de zes belangrijkste Hindoeïstische tempels op Bali. En nog belangrijker, het is een prachtige plek om de zonsondergang te ervaren. Het staat in alle reisgidsen, dus we waren niet de enigen (lees: het was er stervensdruk). Maar het was zeker de moeite waard. Op de weg terug - het was een uurtje rijden - dachten we nog even langs te gaan in een Cultureel park waarover ik gelezen had. Ze hebben daar een beeld van de god Vishnu van 120 meter hoog. Maar, het werd al donker, en de meeste activiteiten waren al gestopt, dus daar hebben we uiteindelijk vanaf gezien. Gelukkig had onze gids nog wel een vriend met een leuk restaurantje (ze hebben altijd vriendjes of neefjes), dus daar hebben we de dag afgesloten. Prima gegeten voor weinig geld.


Gisteren was onze laatste dag op Bali, en die hebben we deels doorgebracht met een tour naar het platteland van Bali. Heerlijk om even de stad uit te zijn, want je wordt toch wel een beetje gek van de drukte. Het verkeer is echt belachelijk, een eindeloze stoet van autos en vooral brommertjes. Ik geef Denpasar nog vijf jaar en dan is het helemaal vastgelopen. Maar de dorpjes zijn prachtig. We hebben een lokale markt bezocht waar onze gids ons liet zien wat uien en knoflook waren. En nog een heleboel andere dingen die we niet kenden, maar die ben ik weer vergeten. Daarna hebben we echte plattelands dingen gedaan, een beetje wandelen door de rijstvelden, vis proberen te vangen, wat Annet wel lukte en mij niet, dat soort dingen.

En de main event was een kookdemonstratie waarbij we samen met twee vriendelijke Balinese dames een lunch hebben bereid. Sate, gele rijst, vispakketjes, en wokgroenten. Annet was zo slim om te helpen met het raspen van de koenjit, dus die heeft nu nog gele vingers. En tenslotte mochten we het resultaat natuurlijk opeten en het was heerlijk!


Vannacht hebben we Bali achter ons gelaten en zijn we naar Darwin gevlogen. Tijd om Australië te gaan verkennen. We kamen om half zes vanochtend aan, dus we hebben praktisch gezien een nacht overgeslagen. Vanmorgen wat proberen te slapen en daarna Darwin verkend. Vanmiddag nog Crocosaurus Cove bezocht waar ze een heleboel krokodillen en reptielen hebben. Dat was niet echt memorabel (vooral overpriced).

Morgenochtend de huurauto ophalen en een dagje lekker rondcrossen rond Darwin. Voor maandag hebben we een dagtocht geboekt naar Kakadu National Park. Dat is best nog wel een eindje van Darwin, dus we worden om 6 uur opgepikt. But no worries mate.

donderdag 18 juli 2019

Bali

We wisten het van tevoren, maar toch viel het wel tegen. Bali is gewoon ver vliegen. Maar na bijna 24 uur reizen en een overstap in Dubai kwamen we eergisteren aan en werden we door een mannetje in een luxe SUV naar ons hotel gereden rond 12 uur 's nachts. Het hotel is echt fantastisch, heerlijke grote kamer, een mooi zwembad en veel rust, want onder de 12 jaar kom je er ook niet in. ;-)
De eerste dag hebben we gebruikt om de directe omgeving van het hotel te verkennen. Opvallend is dat er overal tempeltjes en altaartjes zijn waar heel veel offers worden neergelegd en wierrook wordt gebrand. Ook op straat liggen voor winkels en huizen meerdere kleine mandjes met bloemetjes en andere spullen erin, want er wordt 3x per dag  gebeden en daar hoort steeds zo'n offer bij.

Via een kort weggetje naast het hotel sta je al aan het strand, waar allerlei eettentjes en nog meer winkeltjes met toeristenrommel te vinden zijn. Er staat een fijn briesje, dus dat het 29 graden is merk je eigenlijk daar niet. We hebben er intussen al heerlijk gegeten, vooral de rijsttafel (wat trouwens een Nederlandse uitvinding blijkt te zijn) van gisteravond was zeer de moeite waard.
Gisteren hadden we een dagtrip geboekt naar het midden van Bali. We werden door onze gids Dodi opgehaald en hij reed ons de hele dag van de ene naar de andere bezienswaardigheid, vergezeld door zijn vriend "Mr Smith" (geen familie) die ook gids wilde worden en nog Engels moest leren. Ik heb maar niet gezegd dat ik ook lerares Engels ben, anders ben je hele reis woordjes aan het oefenen weten we uit ervaring...
We reden naar een apen reservaat (Monkey Forest), waar Mathijs door diverse makaken werd beklommen. Gelukkig waren ze vrij rustig en bleven ze ook even goed zitten voor de foto.
Daarna reden we door naar Luwak koffieplantage, waar we hebben geproefd van de koffie die is gemaakt van door de civet kat uitgepoepte koffiebonen. Het smaakte eigenlijk best lekker, zeker vergeleken met de andere soorten koffie en thee die we verder nog konden proeven.







Een volgende stop was bij de rijstterassen van Tegallalang, waar we even van het schitterende uitzicht konden genieten, samen met een heleboel andere toeristen, die grotendeels ook met een eigen gids of in een klein busje werden rondgereden.



De lunch hadden we in Kintamani, een dorp aan de rand van de Gunung Batur vulkaan, met ene prachtig uitzicht op de vulkaan en het kratermeer. Het was een buffet met allerlei bekende gerechten die de plaatselijke Chinees ook heeft, maar dan allemaal net even lekkerder.

Na de lunch werden we naar de Tirta Empul tempel gereden, waar we een sarong omgebonden kregen en konden bekijken hoe een rij mensen langs verschillende waterbronnen in het water liep om allerlei zegeningen te ondergaan. De tempel was interessant en onze gids kon ook het een en ander vertellen over het Hindoeistische geloof.

Verder vond hij het vooral ook erg leuk om allerlei Instagram-waardige foto's van ons te maken, want die kon hij ook weer mooi gebruiken om reclame voor zijn tours te maken. We lieten het allemaal maar gebeuren, maar we hebben nog nooit zoveel foto's van onszelf tijdens een reis gehad...

Vandaag brengen we in de middag/avond een bezoek aan de Uluwatu tempel, die vooral bekend staat om de mooie plaatjes die je ervan kan maken tijdens zonsondergang. Morgen hebben we dan nog een tour geboekt waarbij we vooral het dorpse leven en het eten in Bali gaan ontdekken, met een bezoek aan enkele plantages en een heuse kookdemonstratie. Wordt vervolgd dus.